|
||||||||||||||||||||
|
De forten van Nafplio |
|||||||||||||||||||
|
Datum: 14-17 November 2002
Griekenland is nog niet zo heel lang een zelfstandige natie. Na zo'n 400 jaar Turkse onderdrukking begon men in 1821 aan een onafhankelijkheidsoorlog. Men richtte op de Peloponese de onafhankelijke Griekse staat op, met in eerste instantie Nafplio als hoofdstad. Het door de Venetianen in de 14de eeuw gestichte stadje op het zuidelijke schiereiland ligt strategisch aan het water. Het wordt beschermd door 3 forten, twee op de heuvels, en één op het water. Samen met de aanwezigheid van oude ruïnes in de omgeving doet dit ons besluiten hier eens een kijkje te nemen. BoemeltjeAthene kent twee aparte treinstations, die vlak bij elkaar liggen. Het waarom hiervan wordt ons pas later duidelijk. Het blijkt dat de spoorwegen op het zuidelijke schiereiland de Peloponese een andere spoorbreedte hebben dan die in de rest van het land. En eigenlijk zijn de treinen niet veel meer dan veredelde boemeltjes. Maar de treinrit is plezierig, en na de smerige buitenwijken van Athene genieten we van het uitzicht over de zee met een paar eilanden voor de kust. Na een uurtje verschijnt het grote schiereiland in beeld en even later rijden we over het kanaal van Korinthe de Peloponese op. De zee verdwijnt uit het zicht en maakt plaats voor een mooi heuvellandschap. Wanneer de zee weer verschijnt denken we eerst dat het een meer is, maar het blijkt de baai van Nafplio te zijn. Steile straatjesHet treinstation bestaat uit twee sporen, maar op de ene staat een oud treintje dat dienst doet als stationsgebouw. Nafplio is duidelijk het eindstation. Als we uitstappen zien we direct de twee rotspartijen met daarop de muren van de forten die de stad moesten beschermen. De oude stad deelt een schiereiland met één van die rotsen, de minst hoge. Dat neemt niet weg dat er flink geklommen moet worden om de laatste straten te bereiken. En het is natuurlijk daar waar we een geschikt plekje vinden met mooi uitzicht over de baai. We verkennen het oude stadje dat door de Venetianen gesticht is gedurende de eerste periode dat zij hier aan de macht waren (1389-1540). Het kent vele nauwe straatjes met leuke oude huizen. Er rijdt ook bijna geen verkeer wat het heerlijk rustig maakt. Verder zijn er verschillende kerkjes en monumentale gebouwen te vinden, en een paar leuke pleintjes. RoofvisNa wat gegeten te hebben klimmen we ook nog even omhoog om aan de andere kant van de rots af te dalen naar een klein strandje. Het is mooi weer en er zijn opvallend veel mensen aan het zwemmen. Wij houden het bij het zitten langs de waterkant om vissen te bekijken. We zien ondermeer een school lange dunne vissen die plots voorbijschieten, daarbij uit het water springend. Ze blijken achterna gezeten te worden door een roofvis van zo'n 60 cm. Het is een waar spektakelstuk. Op onze weg terug bezoeken we fort nummero 1. Op weg naar het strand waren we al door de poort van dit fort gekomen, waarboven de venetiaanse leeuw prijkt. Nu klimmen we verder omhoog langs de verdedigingsmuren. Bovenop blijkt echter niets te zien te zijn. Binnen de muren staat niets behalve een hoop cactussen. Wel hebben we een mooi uitzicht op de baai, met daarin fort nummero 2. Dit fort staat op een klein eilandje en diende om de baai en de haven te beschermen. Na een paar mooie fotoos geschoten te hebben dalen we weer af naar ons pension. 999 treden omhoogDe volgende dag is het tijd voor fort numero 3. Hiervoor moeten we 999 treden omhoog tegen de tweede rots op lopen. De trap is al van veraf te zien en je wordt al moe als je ernaar kijkt. Maar we doen het rustig aan en nemen vele rustpauzes, waarbij we van het uitzicht genieten. Hoe hoger we komen, hoe mooier we het schiereiland omringd door de felblauwe zee kunnen zien. Belangrijk is ook dat we steeds beter over het oerlelijke hotel kunnen kijken, dat tussen de twee rotsen gebouwd is. Hoewel de klim vanwege de uitzichten al zeer de moeite waard was besluiten we, nu we zover gekomen zijn, ook maar even binnen te gaan kijken. En dat was niet voor niks. Het fort, dat gedurende de tweede Venetiaanse periode (1686-1715) gebouwd is, bestaat eigenljk uit drie delen. Iedere keer dat we denken de laatste muur bereikt te hebben, verschijnt er daarachter nog een deel. We zijn zo'n 2 uur bezig voordat we zo'n beetje alles van het machtige fort hebben gezien. We zijn onder de indruk, maar de Turken destijds niet: één jaar na voltooiïng werd het al door hen veroverd. Verborgen schoonhedenNa de grote afdaling vinden we beneden nog een alleraardigst parkje met watervalletje en oude, gerestoreerde poort met ophaalbrug. Hadden we nog niet eerder gezien. Maar Nafplio heeft nog meer verborgen bijzonderheden. In het nieuwe gedeelte van de stad lopen we plots over oude spoorrails. Even later gevolgd door een oud stationsgebouw en een paar oude treinen. Het vroegere station was veel groter dan het huidige. Dat zal wel stammen uit de tijd dat Nafplio na de onafhankelijkheidsoorlog de eerste hoofdstad van de moderne Griekse staat was (rond 1830). Het is haast niet voor te stellen hoe het stadje en haventje er nu uit zouden zien als dat zo gebleven was!! Op zaterdag nemen we het er even van. We gaan naar het strandje om te zwemmen en te zonnen. Een beetje fris, maar nog goed te doen, en dat half November!! Aan het eind van de middag zijn we om het schiereiland heen gelopen. Er ligt een soort boulevard tussen de zee en de rotsen die dan zo weer in het oude stadje uitkomt. 's Avonds nemen we een voorproefje op Italië bij de plaatselijke pizzeria. Als het in Italië maar half zo lekker is staat ons nog wat te wachten!! Griekse oerstadWe trekken ook nog een daagje uit om per bus naar de ruïnes van Mycenae te gaan. Op zijn Grieks heet deze plaats overigens gewoon Mikenes, en dat spreekt een stuk makkelijker uit. Het was de oudste belangrijke stad in Griekenland, al gevestigd rond 6000 voor Christus, met zijn hoogtijdagen van 1500 tot 1200 voor Christus. Het is nog steeds een mysterie hoe de stad ten onder is gegaan, en velen dachten dat hij nooit bestaan heeft, en slechts in de verhalen van Homerus voorkwam. Totdat een eigenwijze Duitser in 1870 de stad bij opgravingen vond. We betreden de stad door de leeuwenpoort, direct ook het oudste monumentale beeldhouwwerk in Europa. Direct daarachter aan de rechterkant is grafcirkel A. De cirkel is gemarkeerd door platte lange rechtopstaande stenen, en erbinnen zijn een paar langwerpige graven zichtbaar. Hier zijn vele waardevolle vondsten gedaan, waaronder die van een gouden dodenmasker. Er zat nog mensenvlees aan toen hij gevonden werd, en men dacht dat hij van de legendarische koning Achmemnon was. Hij bleek echter nog 300 jaar ouder te zijn, en de drager ervan is nooit geïdentificeerd. We verlaten de grafcirkel en klimmen omhoog naar het vroegere paleis. Hier staat eigenlijks niets meer van overeind, alleen de funderingen zijn nog zichtbaar. We dolen even rond, maar er is eigenlijk niets te zien. Dan dalen we maar af naar de muur van de citadel aan de andere zijde. Deze dikke muur is nog wel aardig intact, evenals een paar poorten naar buiten. Verder is er nog een ondergronds waterreservoir, maar daar kun je niet in. We klimmen maar weer terug naar de ingang en zijn eigenlijk een beetje teleurgesteld dat dit alles was. Buiten de citadel blijken echter nog een paar grafcirkels te liggen. Niet zoals die binnen de citadel, waar meerdere graven binnen de cirkel liggen, maar een soort ondergrondse bijenkorven die geheel bestemd waren voor een enkele koning. Helaas zijn deze al vroeg de prooi geworden van grafrovers Het is helaas al weer tijd om afscheid te nemen van Nafplio. We hebben ons in het rustige stadje prima vermaakt met zon, zee, oude straatjes en huizen, en de forten op de rotsen. En ook nog de mogelijkheid voor uitstapjes naar oude ruïnes. Dit is dus Griekenland op zijn best. Ga terug naar: De oudheid in Athene Ga door naar: Van hot naar her op de Pelopenese Ga naar het overzicht van Griekenland |