|
||||||||||||||||||||
|
Aan het Tanameer |
|||||||||||||||||||
|
Datum: 8-9 December 2002
De bron van de blauwe nijl wordt gevormd door het Tanameer in Noord-West Ethiopië. Het is een prachtig meer met vele vogels, waarin bovendien enkele eilanden liggen met eeuwenoude kloosters. We combineren culturele excursies daarheen met een relaxed verblijf aan het meer en verrassende ontmoetingen met de inwoners van het stadje Bahir Dar. Vroeg op de bootHet is zondag als we de excursie naar de eilanden op het Tana meer maken. Mooi, want dan is er natuurlijk een mis in de kerkjes die we gaan bezoeken. Dat betekent alleen wel dat we om half 6 moeten ontbijten om om half 7 weg te kunnen gaan. Slaperige gezichten en menigeen vraagt zich af waarom ze eigenlijk mee gaan. Maar eenmaal in de boot worden we een beetje wakker en genieten we van de langsvliegende pelikanen. Het boottochtje duurt ruim een uur en we worden al opgewacht door een kudde kinderen. Dit keer geen "Where are you go", want dat is duidelijk. Wel alle andere vragen en we krijgen info over alle triviale zaken. Nou ja, dat hoort er een beetje bij moet je maar denken. CeremonieNa een korte wandeling (we zien nog een mooie aap) komen we bij de eerste kerk. Er staan een hoop priesters en gelovigen buiten en we wachten op de ceremonie. Onze gids Teddy praat met de priesters en overtuigt ze om vlot met een ceremonie te komen, hoewel ze er net 1 achter de rug hebben. Moet je je in Holland voorstellen: "Nog een keertje meneer pastoor, we hebben het gemist". De ceremonie zelf bestaat uit twee rijen priesters die tegenover elkaar heen en weer schuifelen onder onduidelijk gemurmel, alles begeleid door twee man op grote trommels. De hoofdpriester staat er met zijn kroon een beetje verlegen bij. We verwachten nog een climax, maar die komt niet. Na de ceremonie mogen we de kerk bezichtigen. Het is een grote ronde koepel met binnenin kleurige tekeningen rondom. Teddy vertelt wat over de getekende taferelen, met vooral veel lugubere zaken. Verder is er in de kerk niets te zien, de diensten worden buiten gehouden, dus geen altaar of iets dergelijks. We gaan ook nog naar een tweede kerkje, maar eigenlijk is die zo ongeveer hetzelfde. Ook mogen we nog even een kijkje nemen in de schatkamer: een soort poppenkast, maar dan met oude kronen. Naar westerse maatstaven niet zo sjiek, maar voor hier heel wat. Lokale lekkernijen?Na het bezoek aan de kerken worden we uitgenodigd voor een koffieceremonie. Prima, en we wandelen door het bos naar het dorpje. Maar de wandeling is erg lang, we zien de apen en neushoornvogels die we eerder zagen niet meer en de kinderen worden tamelijk vervelend. Uiteindelijk bereiken we een hutje waar we naar binnen gaan. De koffieceremonie kennen we al, maar buiten wordt ook Injeera gemaakt, traditionele Ethiopische pannenkoek, en dat is leuk om te zien. Eenmaal weer binnen mogen we dat ook proeven, maar dat is een minder succes, zure pannenkoek met een wel heel pittig sausje. We mogen ook nog aan het lokale bier, maar dat wordt aangeleverd in een oude jerrycan warna de bruine drek in een vies conserverblikje wordt ingeschonken. Dank u feestelijk, we willen de reis wel voltooien graag. We wandelen weer terug naar de boot en hoewel Teddy ons nog meer kerkjes wil laten zien vinden we het wel welletjes. Op de boot gaan bijna de oogjes toe, al spelen we nog wat met het uitgebreide zakmes van Noël, de Israëlier die is meegegaan. PelikanenNa de lunch besluiten Annemarie, Alie en wij om eens bij de pelikanenkolonie te gaan kijken. Op de korte wandeling krijgen we gezelschap van een jongen die ons de weg wijst. Nee hè, weer zo'n bedelaartje, maar dat valt mee. Hij is erg aardig, stelt geen stomme vragen en wil slechts zijn Engels oefenen. Bij de pelikanenkolonie is een terras, waar veel Ethiopiërs van de vrije zondag genieten. Fotoos nemen kost 4 Birr, video 30 maar kijken is gratis. Naast de pelikanen (wat ben jij lelijk van dichtbij) zien we een zwartwitte ijsvogel en de Afrikaanse darter. Verder nemen we een drankje en kijken we naar de naar ons kijkende Ethiopiërs. FestivalAls we teruglopen horen we van een festival dat verderop bezig is. We lopen erheen en het blijkt nog flink groot. Ethiopische popmuziek die de pan uitswingt. Het publiek breekt af en toe door de security (agenten met een flinke stok) om de zangeres en later de zanger een zoen te geven. Het leukste moment komt als een man uit het publiek niet naar de zanger toe gaat maar een meisje zoent dat daar net van terugkomt. Na twee nummers volgt er een danswedstrijd maar daarbij dringt het publiek zover op dat men besluit de rest af te lassen. WasdagDe maandag is vrij. Tenminste, voor de meesten is dit wasdag. De truck heeft tegenwoordig de luxe van een wasmachine en daar wordt gretig gebruik van gemaakt. Het wordt een heel huiselijk tafereeltje, slechts af en toe onderbroken door een neushoornvogel, gier of visarend waar even naar gekeken moet worden. Er komt zelfs nog een mooie Colobos (of is het Columbus?) aap op bezoek. Wat is het hier toch een mooie omgeving. Voor de middag heeft Teddy toch nog een toertje in elkaar gedraaid. Er kunnen er maar 6 mee om ondermeer het paleis van Haile Selassie te bezoeken. Wij gaan niet mee, en van wat we begrijpen is dat maar goed ook. Jan is al helemaal niet aanspreekbaar over de toer, Foekje is tot haar knie in de drek gezakt, en het paleis was dus hartstikke dicht. MarktWij, Annemarie, Alie, Han en Marja hebben het beter voor elkaar. We hebben onze vriend van gisteren, Robil heet hij, gecharterd om ons de markt te laten zien. Hij doet dat heel goed en legt veel uit over de boter, zoutblokken voor de koeien, kruiden, chat (illegale locale drugs) en de in Europa ingezamelde kleding die hier te koop hangt. Die gaat niet naar de arme mensen dus. Na de markt gaat Patrick naar de kapper terwijl de rest gaat Internetten. De kapper heeft nog nooit een blanke geknipt maar doet hard zijn best. Ik vertel hem nog dat ze in Holland eerst het haar nat maken en dan de haren tussen de vingers nemen om op de juiste lengte af te knippen. Maar hij heeft zijn eigen manier. Druk kammend en knippend gaat er steeds meer af, maar er zit geen systeem in. Uiteindelijk is het erg kort geworden, maar dat groeit wel weer aan. CircusWe zijn net op tijd terug op de camping om mee te gaan naar het circus. We worden opgehaald en naar het terrein van een schooltje gebracht. Eerst zien we in een oude zeecontainer wat turnmedailles en fotoos, en dan worden we op kleuterstoeltjes neergezet. Onze artiesten zijn allemaal weesjes of kinderen van de straat die hier getraind worden. Wat we te zien krijgen is fantastisch. De kinderen zijn getalenteerd, ze kunnen ondermeer zichzelf opvouwen zoals je alleen in het chinese staatscircus ziet. Maar vooral het enthousiasme en plezier dat ze uitstralen vinden we geweldig. Na afloop houdt de begeleider een pleidooi om het circus in Holland te promoten. Ze hebben dringend behoefte aan sponsoring voor nieuwe materialen en willen natuurlijk meer optredens gaan doen. Han oppert direct om NOC/NSF in te schakelen, Alie weet van een multicultureel festival en bij terugkomst oppert Gerard om de Ethiopiër in Addis in te schakelen die met zijn truck door het land trekt om voorlichting te geven. Ja, we zullen dit balletje eens even aan het rollen brengen, want het is echt heel goed wat ze doen. Bahir Dar aan het Tanameer is een heerlijke plek. Niet alleen om te relaxen, maar ook voor excursies naar de kloosters, hoewel je er daar maar één van hoeft te zien. Ook heel leuk waren de contacten met de bevolking, die arm is maar wel met ondermeer een circus van straatkinderen aan de weg timmert. Ga terug naar: Op weg naar de Blauwe Nijl Ga door naar: Kerken kijken en meer... Ga naar het overzicht van Afrika |